Rouwmantel - Nymphalis antiopa
De rouwmantel is een grote donkere (30 - 35 mm) vlinder met een opvallende brede beige/gelige achterrand. De basiskleur is donkerrood. De rouwmantel is sinds 1964 als vaste vlinder uit Nederland verdwenen. Elk jaar worden zwervers waargenomen en soms overwintert er een exemplaar maar tot een terugkeer van de soort heeft dit nog niet geleid.
De rouwmantel vliegt in één generatie van juli tot oktober en na de overwintering van maart tot mei. |
De rouwmantel ontwaakt in maart na een overwintering in het bos (holle boom of stapels hout) uit zijn winterslaap en gaat op zoek naar voedsel, dat kan nectar van bloeiende wilgen zijn maar ook rottend fruit, sap van bloedende bomen, vocht uit mergelmuren.
De waardplant is vooral de boswilg. Op zoek naar vocht zit de rouwmantel vaak op de grond rondom een wandelpad om te drinken; deze soort zul niet of nauwelijks nectar-drinkend op een bloem aantreffen. |
De rouwmantel houdt van bossen met open en vochtige plaatsen waar het vrouwtje in grote wilgen eitjes afzet. In Nederland is de kans klein om een rouwmantel te zien, laat staan een rupsennest te vinden maar de Vogezen in Frankrijk (waar ik een 2e huis heb) voldoen aan de eis van de rouwmantel.
Onmiddellijk kropen ze weer bij elkaar en tak na tak werd kaal gegeten. Ik had een lege faunabox mee genomen niet wetende dat deze een halve dag na aankomst alweer gevuld zou worden met rupsen. 2/3 deel van alle rupsen heb ik terug de boom in gezet en ongeveer 1/3 deel heb ik mee genomen om op te kweken.
De rupsen blijven in de boom totdat ze klaar zijn om op zoek te gaan naar een geschikte plek om te verpoppen, daarbij kunnen ze een aardige afstand afleggen.
Afhankelijk van de temperatuur duurt het popstadium tussen de 12 en 22 dagen.
Omdat slechts een klein deel van de poppen aan een takje of stokje was gaan hangen heb ik getracht van deze 'mooi' hangende poppen het uitkomen vast te leggen. Omdat een van de poppen net na aankomst in de Vogezen aan het bewegen was heb ik snel mijn fotospullen klaar gezet en ik was nog net op tijd om de 'geboorte' vast te leggen. ->
De uitgekomen vlinders heb ik aan takken in de schaduw gehangen en daar hebben ze redelijk lang, de meesten tot de volgende ochtend, gehangen. |
Op 16 juni 2018 vond ik een groot rupsennest in het bovenste gedeelte van een omgewaaide boswilg. Omdat de wilg al aardig bruin begon te worden en het op het pad krioelde van de zwarte rupsen heb alle rupsen opgeraapt en een groot deel in de boswilg achter mijn huis gezet.
De rupsen waren in de 3e huid en ongeveer 2 cm groot. De rupsen van de rouwmantel zijn zwart met met witte haartjes, lange zwarte doorns en in het midden rode vlekken. De buikpoten zijn lichtbruin.
De rupsen leven in (grote) groepen in een spinsel en voeden zich met bladeren van de boswilg.
Ze verpoppen zich in de strooisellaag, in struiken maar ook aan schors in/tussen bomen. De pop hangt enigszins verscholen op een plek waar niet teveel zonlicht op valt.
Door de hoge temperaturen is een deel van de poppen al in Nederland uitgekomen. Het grootste deel kon ik echter mee terug naar de Vogezen nemen (in een koele thermokrat) en bij aankomst bleken al 3 vlinders tijdens de rit uitgekomen te zijn.
|
Nadat de zon was opgekomen en op mijn terras begon te schijnen zijn ze een voor een weggefladderd, slechts twee vlinders kon ik met open vleugels op de foto zetten, de rest stelde mijn aanwezigheid niet op prijs.